De
boterbloempjes stonden op deze hoogte nog in bloei.
De
bomen kregen het wel moeilijk net onder, of net boven de
2200-metergrens.
Maar dat is in de Noord-Alpen uiteraard heel wat lager.
Ik
''fleurde'' toch weer op als ik de Alpenroosjes nog in de
zon zag staan blinken, en dat is niet altijd het geval eind
juli.
Veel hangt van de late lente en vroege zomer af.
De zomer van 2005 was duidelijk (gelukkig maar), de zomer
van 2004 niet.
De
hut ligt op 2154m.
Er zijn maar 20 bedden.
Hij doet dan ook meer dienst als restaurant en drinkgelegenheid.
Vooral
het zicht op het Sellamassief was prachtig vanaf het terras.
Op
het terras was het zelfbediening.
De mannen verheugden zich op een lekkere Duitse halve liter
Weißenbier, Annik hield het bij een warme chocomelk
met slagroom.
Gentiaan was dan ook heel blij de dorstigen, waaronder zichzelf,
te kunnen laven.
Na
de drinkpauze en de sanitaire stop vatten we dan weer de
terugweg naar de Sellapas aan.
Ook
de Marmolada werd voor het eerst door Paul Grohmann bestegen,
dat was op 28 september 1864.
Paul Grohmann werd op 12 juni 1838 in Wenen geboren en overleed
op 29 juli 1908.
Paul Grohmann was in 1862 ook mede-oprichter van de Österreichische
Alpenverein.
De
koeien van het typische ''Tirolerras'' voelden zich ook
merkbaar thuis in de Zuid-Tiroolse Dolomieten.
Af
en toe dienden we een hekje open en dicht te doen, wat het
toch ook tot een ''echte typische'' almwandeling maakte.
Op
het laatste stukje naar de auto toe moest er soms wat geklauterd
worden.
Het was weer een bijzondere fijne dolomietenwandeling
die ons nog lang zal bijblijven.